Influenza, EHV (Rhinopneumonie) en droes zijn infectieziekten die regelmatig voorkomen en uitbraken kunnen veroorzaken. Hieronder worden de verschillende ziekten besproken; wat veroorzaakt de ziekte, welke symptomen en behandelingen zijn er en hoe kunnen we dit zoveel mogelijk voorkomen?
Influenza
Wat?
Een virus dat griep veroorzaakt met een incubatieperiode van 1 tot 3 dagen. Komt binnen via de luchtwegen. Spreidt van paard tot paard (neuscontact), door de lucht (honderden meters tot meer dan een kilometer!), en via indirect contact (via materialen, kleding, etc). Paarden zijn al besmettelijk voor ze zelf symptomen hebben en dit houdt tot 10 dagen aan.
Symptomen
Hoge koorts, droge hoest, dikke benen, weinig eetlust, spierpijn, neusvloei. Paarden zijn vatbaarder voor andere infecties en kunnen bijvoorbeeld een longontsteking erbij krijgen.
Behandeling
Langdurig (wekenlang) rust, een goed ventileerde stal, hoest- en koortsremmers. Alleen in geval van bijkomende bacteriële infecties kan antibiotica nodig zijn.
EHV (Equine Herpes Virus)/Rhinopneumonie
Wat?
Een virus met verschillende vormen, waarvan EHV1 en EHV4 het meest voorkomen. Komt binnen via de luchtwegen. Spreidt van paard tot paard (neuscontact), door de lucht (enkele meters), en via indirect contact (via materialen, kleding, etc). Incubatieperiode: 2-10 dagen. Paarden zijn al besmettelijk voor ze zelf symptomen hebben. Veel jonge paarden komen al vroeg met dit virus in contact. Het virus blijft na infectie slapend in het lichaam aanwezig en kan in tijden van stress of verminderde weerstand weer de kop op steken (vergelijkbaar met een koortslip bij de mens).
Symptomen
EHV4 geeft vrijwel alleen verkoudheid/griep: koorts, dikke benen, neusvloei, hoesten.
EHV1 kan verkoudheid/griep veroorzaken, maar ook verder spreiden door het lichaam en neurologische symptomen en abortus bij de drachtige merries veroorzaken.
Behandeling
Omdat het een virus is, is er geen gerichte behandeling. Bij verkoudheid zijn de klachten vaak mild en is rust en eventueel koortsremmers nodig. Bij abortus is behandeling van de merrie niet nodig, maar de vrucht en het vruchtwater zijn erg besmettelijk voor andere paarden. Meest gevreesd zijn de neurologische symptomen. Hierbij is de behandeling ondersteunend met infusen, harnassen, ledigen van de blaas met een katheter, eventueel omrollen naar de andere zijde en ontstekingsremmers. Bij neurologische symptomen kan de ziekte fataal zijn.
Droes
Wat?
Een bacterie (Streptoccus equi equi) met een incubatieperiode van 3-14 dagen. Paarden worden pas 1-2 dagen nadat ze koorts krijgen besmettelijk. Bij een uitbraak is dit belangrijk; als paarden minimaal dagelijks getemperatuurd worden, kunnen ze apart gezet worden op moment dat ze koorts krijgen en nog niet besmettelijk zijn. Na infectie kunnen paarden drager van de bacterie blijven in de luchtzakken. Zo kunnen ze met tussenpozen de bacterie opnieuw gaan uitscheiden en weer andere paarden besmetten. Deze dragers kunnen we, in tegenstelling tot dragers van EHV, wel behandelen en vrij krijgen van de bacterie.
Symptomen
De ziekte start met koorts, sloomheid en vaak witte neusvloei. Daarna ontwikkeling van abcessen van de lymfeknopen tussen de kaaktakken en achter de kaak. Hierdoor kunnen ze ook moeilijk slikken en slecht eten. Zolang de abcessen nog niet opengebroken zijn, is er koorts. De neusvloei verandert naar groen/geel. Ziekte kan 3 tot 6 weken aanhouden.
Behandeling
Rust, koortsremmers, aanbieden van zacht voedsel. Ondanks dat het een bacterie is gebruiken we geen antibiotica. Dit remt de rijping van de abcessen en daardoor kan de ziekte langer duren. Als abcessen rijp zijn, kunnen we ze soms openen waardoor de koorts sneller wegtrekt.
Diagnose
Bovenstaande ziektes kunnen we vermoeden op basis van de symptomen en bevestigen door middel van een neusswab. Deze wordt dan met een PCR test onderzocht. Soms kan een uitslag vals negatief terugkomen en is het nodig de test te herhalen.

Wat te doen bij een uitbraak?
De algemene principes van een uitbraak bij een besmettelijke ziekte zijn:
- Stal op slot; hoe lang is afhankelijk van de ziekte en het verloop:
- Influenza: 3 weken na de laatste symptomen
- EHV: 4 weken na de laatste symptomen
- Droes: 6 weken na de laatste symptomen. Omdat er bij droes dragers kunnen ontstaan in de luchtzakken is het verstandig deze op te sporen door middel van een luchtzakspoeling (via de endoscoop) of 3 neusswabs met een week tussentijd.
- 3 groepen maken:
- Groen: gezonde paarden zonder symptomen, die geen contact hebben gehad met zieke paarden
- Oranje: gezonde paarden zonder symptomen, die wel contact hebben gehad met zieke paarden
- Rood: zieke paarden met symptomen.
- Alle paarden dagelijks temperaturen, beter nog 2 keer per dag.
- Aparte verzorging van alle groepen en aparte materialen
Starten met vaccineren op het moment van een uitbraak heeft geen zin!
Hoe een uitbraak voorkomen?
In een ideale situatie worden nieuwe paarden minstens 2 weken apart gehouden van de rest van de stal. Hierbij moet goed gelet worden op symptomen als: dikke benen, opgezette lymfeknopen, neusvloei, hoesten en koorts. Aanvullend is een neusswab om op bovenstaande ziektes te testen aangeraden. Ook mestonderzoek (in de maanden maart-oktober) en het nagaan van de ontwormgeschiedenis is verstandig om te doen.
Naast quarantaine van nieuwe paarden is een goed management belangrijk: houdt jonge paarden, sportpaarden en fokmerries gescheiden. Zorg voor aparte verzorging en materiaal voor elke groep Vermijdt onderling neuscontact van verschillende groepen. Ook op wedstrijd/training is vermijden van neuscontact en het niet delen van water- en voerbakken en ander materiaal verstandig.
Daarnaast speelt vaccineren een belangrijke rol. Veel paarden worden minimaal jaarlijks gevaccineerd tegen influenza (en tetanus), mede omdat dit verplicht is om wedstrijden te mogen rijden. Influenza uitbraken komen hierdoor veel minder voor dan uitbraken van droes of EHV.
Het doel van vaccineren bij deze besmettelijke ziektes is dat zoveel mogelijk paarden antistoffen hebben tegen de ziektes (groepsimmuniteit). Eén paard vaccineren in een grotere groep ongevaccineerde paarden heeft maar beperkt nut. Het is belangrijk te beseffen dat gevaccineerde paarden alsnog ziek kunnen worden, maar de symptomen zijn minder erg en ze scheiden minder ziekteverwekkers uit.

Heb je vragen over dit onderwerp? Neem contact op met de praktijk!